Beleggingskeuzes hebben niet alleen financiële, maar ook maatschappelijke gevolgen. Als vermogensbeheerder vindt SVB dat zij een verantwoordelijkheid heeft om maatschappelijk verantwoord te beleggen. Zij denkt dat dit op lange termijn het beste is voor alle belanghebbenden.
In het beleggingsbeleid wordt bij de selectie van aandelen, obligaties en alternatieven ook rekening gehouden met sociale en milieuaspecten en governance criteria, de zogenoemde ESG criteria.
Onze doelstelling is een voldoende brede keuze aan financieel aantrekkelijke beleggingsinstrumenten te combineren met objectief vast te stellen minimale ESG-criteria. Hoe wij dat in de praktijk doen verschilt per type beleggingsinstrument. Hieronder lichten wij dat toe.
Het uitgangspunt is dat bedrijven, die voldoen aan ESG criteria, een lager risico hebben op tegenvallers in hun resultaten en een hogere kans hebben op toegevoegde aandeelhouderswaarde. Dit zijn bedrijven die de internationale verdragen op het gebied van vervuiling, uitsluiting van kinderarbeid en discriminatie onderschrijven. Sterk vervuilende bedrijven kunnen in de toekomst worden geconfronteerd met claims en/of boetes, wat de winstgevendheid onzeker maakt. Bedrijven die geen rekening houden met arbeidsomstandigheden van haar werknemers kunnen worden geconfronteerd met lagere omzetten als gevolg van boycot van de producten. Ook profiteren deze bedrijven niet van de inzet van veel regeringen om de klimaatverandering tegen te gaan. De overheden investeren hierin. Enerzijds rechtstreeks en anderzijds door belastingvoordelen en/of subsidies.
SVB laat zich leiden door data, die Refinitiv haar ter beschikking stelt, de zogenoemde ESG Combined score. Deze score houdt rekening met drie van factoren. Milieu (22,7%) Sociaal (46,3%) en Governance (31%). De data zijn gebaseerd op basis van informatie van het bedrijf. Uitgangspunt is een ESG van tenminste 40. Heeft een bedrijf een lagere score dan beslist het beleggingscomité.
Voor staatsleningen kijken wij naar de Democracy Index van The Economist Intelligence Unit. Deze index geeft met behulp van een score van 1 (slechtst) tot 10 (best) aan hoe landen presteren op gebieden als het respecteren van mensenrechten en afwezigheid van corruptie. Wij nemen geen staatsleningen op van landen met een score lager dan 7. Voor bedrijfsleningen hanteren wij de criteria die gelden voor aandelen.
Deze beleggingsinstrumenten bestaan doorgaans uit een uitgebreide portefeuille van aandelen en/of obligaties. Hiervoor hanteren wij de Morningstar Sustainability Rating. Die geeft voor de portefeuilles als geheel een soortgelijke beoordelingsmaatstaf als hiervoor beschreven voor aandelen en leningen. Wij selecteren alleen instrumenten, die behoren tot de beste 67,5% van deze lijst. In de termen van Morningstar: ten minste 3 van de maximaal 5 ‘Globes’.
Ook bij deze categorie wordt gekeken naar de ESG situatie. Beursgenoteerd onroerend goed voldoet doorgaans aan ESG maatstaven. Per hedgefund zal er een aparte overweging worden gemaakt. Andere alternatieve beleggingen, al of niet via ETF, zullen apart worden beoordeeld.